Naar hoofdinhoud Naar footer

Onderzoek met Omaha System-data: ‘Behandeling tegen kanker thuis verhoogt kwaliteit van leven’

Gepubliceerd op: 10-01-2023

Amstelring Wijkzorg heeft onderzoek gedaan naar behandeling met chemotherapie, of immuuntherapie thuis. Hieruit blijkt dat cliënten een grotere kwaliteit van leven ervaren en meer eigen regie. Onderzoeker Aenne Werner van Amstelring Wijkzorg: ‘Door data uit Omaha System hebben we de onderzoeksresultaten goed kunnen onderbouwen.’

Werner: ‘Het Spaarne Ziekenhuis heeft Zorgbalans en Amstelring Wijkzorg gevraagd om mee te doen aan een pilot om chemotherapie, of immuuntherapie thuis toe te dienen. Voor hen en het Zilveren Kruis heb ik onderzoek gedaan naar de kwaliteit van zorg en eventuele knelpunten. Het gaat dus om een behandeling die uit chemotherapie, of immuuntherapie kan bestaan. Het grote voordeel van een behandeling thuis is dat het cliënten minder energie en tijd kost vanwege het vervoer. Na de toediening van chemotherapie of immuuntherapie in het ziekenhuis mag de cliënt namelijk niet zelf naar huis rijden. Zeker als mensen gebruik moeten maken van taxivervoer, waarbij taxi’s meerdere mensen ophalen, kan dit echt slopend zijn.’

Verhoogde kwaliteit van leven 

De onderzoeksresultaten zijn positief. Alle deelnemers geven aan dat deze manier van behandelen past bij de manier waarop ze willen leven met kanker. 87,5 % van de respondenten gaf aan dat de toediening van chemotherapie, of immuuntherapie thuis van toegevoegde waarde is. Ook geeft 86,7 % aan dat ze door de behandeling thuis beter om kunnen gaan met hun ziekte. Het geven van chemotherapie, of immuuntherapie thuis zorgt voor meer rust en een toegenomen kwaliteit van leven. Ook vinden mensen het fijn dat ze hun familieleden niet hoeven te belasten met verzoeken voor vervoer. Van de deelnemende cliënten had iedereen vertrouwen in de deskundigheid van de zorgverleners.

Dankzij Omaha System-data evidence based

Hoewel het ging om een klein onderzoek, bleken de data uit Omaha System essentieel om de onderzoeksresultaten te kunnen onderbouwen. Werner: ‘Als alle bronnen de gegevens bevestigen, heb je een sterker verhaal. Er zijn meer “best practises” op dit gebied, maar de zorgverzekeraar ziet de uitkomsten uit dit onderzoek als “evidence based” waardoor je meer impact hebt. De resultaten worden dan ook gebruikt om opnieuw te kijken hoe chemotherapie, of immuuntherapie thuis gefinancierd kunnen worden.’

Over het onderzoek

Het onderzoek bestond onder andere uit interviews, enquêtes en data uit Omaha System. 9 wijkverpleegkundigen en 16 cliënten vulden de enquête in, 5 wijkverpleegkundigen en 5 cliënten werden geïnterviewd. Ook hebben de onderzoekers meegelopen in het ziekenhuis en met de betrokken wijkverpleegkundigen. Het onderzoek is nog niet helemaal afgerond. Het kan zijn dat er nog een nameting komt.

Kennis en bijbehorend gedrag verbeteren

Werner: ‘We hebben de data uit Omaha System kunnen destilleren doordat we gebruik maken van een ECD waarin we gegevens systematisch kunnen vastleggen. De ECD-leverancier helpt ons de gegevens eruit te halen voor onderzoek. Bij het scoren op kennis en gedrag zie je dat cliënten goed geïnstrueerd werden in het ziekenhuis voordat ze naar huis gingen. Wat opvalt is dat de kennis en het bijbehorende gedrag na de behandeling meer aanwezig was bij deze groep dan bij de cliëntgroepen die deze instructie niet gekregen hadden. Je kunt bijvoorbeeld wel weten dat je anders moet eten, maar het ook doen is echt nog een tweede.’

Brede blik wijkverpleegkundige

Werner: ‘Wat verder opvalt is wat wijkverpleegkundigen allemaal doen in die kleine tijdsspanne dat ze bij cliënten aanwezig zijn. De Omaha System-data laten zien dat wijkverpleegkundigen meerdere aandachtsgebieden aanklikken in het zorgplan en een brede blik hebben op de situatie van de client. Ze kijken niet alleen naar medicatie, maar bijvoorbeeld ook naar de omgeving, voeding, darmfunctie, conditie huid, communicatie en mantelzorg.’

Inzet pijndagboek 

Zo zijn de acties ‘monitoren en bewaken’ en ‘advies, instructie en begeleiding’ regelmatig aangeklikt. Werner: ‘Dit vertaalt zich bijvoorbeeld in de interventie van een wijkverpleegkundige om een medicijndispenser in te zetten, omdat een cliënt heel veel verschillende medicijnen moet innemen. Ook zetten wijkverpleegkundigen regelmatig een interventie als het symptoomdagboek in. Dat maakt dat cliënten veel bewuster zijn in wat er speelt en dat ze dit ook gericht aan het ziekenhuis kunnen communiceren. Ze ervaren daardoor veel meer eigen regie.’

Informatie-uitwisseling met het Elektronisch Patiëntendossier (EPD) 

De wijkverpleegkundigen hebben voor de toediening van de systeem chemotherapie, of immuuntherapie toegang tot het EPD in het ziekenhuis. Voor het raadplegen van bijvoorbeeld de bloeduitslagen, veranderingen in het behandelplan en de registratie van het aftekenen van medicatie. Werner: ‘Sommigen vonden dat ze in het EPD niet genoeg konden zien. De gegevens waren wel beschikbaar, maar de wijkverpleegkundigen wisten niet hoe en waar. Het EPD van het ziekenhuis is wat dat betreft voor buitenstaanders een ingewikkeld systeem. Pas als je er dagelijks mee werkt, weet je hoe je het goed kunt gebruiken.’

Onderwijsmodules

Het onderzoek heeft er tot slot ook aan bijgedragen dat de Amstel Academie de opleiding voor de wijkverpleging gaat aanpassen. Werner: ‘Daarbij ontwikkelen we, onder andere, samen met het Spaarne Ziekenhuis, EPA’s (onderwijsmodules) voor de benodigde kennis voor chemotherapie thuis. Dit zijn modules die wijkverpleegkundigen apart kunnen volgen, na de modules over ziektebeeld, diagnostiek en behandeling.’